Ouders die grenzen van leerkrachten overschrijden komt steeds vaker voor. We zien in de praktijk 4 factoren die grensoverschrijdend gedrag van ouders in stand houden:

  1. Schoolteams accepteren onprettig gedrag van ouders. Ze laten ouders regelmatig hun grenzen overschrijden. De overwegingen of belemmerende opvattingen zijn vaak: "Je moet toch door 1 deur kunnen", "Professioneel en persoonlijk moet ik kunnen scheiden", "Het is niet in het belang van het kind". Het effect van deze opvattingen en gedrag richting ouders is ingehouden boosheid, angst, vermijdingsgedrag en een bepaalde mate van frustratie.
  2. Schooldirecties laten de grenzen van wat toelaatbaar is bepalen door de teamleden zelf. Dit geeft vaak een heel onzeker gevoel bij de teamleden (doe ik het wel goed, mag dit eigenlijk wel) en verwarring bij de ouders. Onze visie is dat ouders moeten ervaren dat de grenzen van de school helder zijn en in de praktijk bewaakt worden door elk teamlid op dezelfde wijze.
  3. Leerkrachten zijn onderwijsinhoudelijk sterk, maar  in zekere mate incompetent om op de juiste manier te reageren op agressief gedrag (ze zijn of te empathisch of te dominant) waardoor de boosheid van de ouder eerder toeneemt dan afneemt. Ook het onvoldoende communiceren over de eigen emoties of de emoties van de ouders is vaak minder sterk ontwikkeld.
  1. De competenties meeveren, luisteren, argumenteren, (vervelend) gedrag feitelijk benoemen, grenzen stellen, eigen grenzen bewaken en je houden aan de teamafspraken zijn de kerncompetenties in het omgaan met agressief gedrag. 

 

Onze aanpak

De agressie-aanpak van Obruni is een totaalaanpak en richt zich op de volgende aspecten:

  • Bewustwording van de reactie van de school op agressie. Dit doen we door in te gaan op opvattingen over wat agressie is, niveaus van agressie te onderscheiden (A= Zeuren en klagen, B= Kritiek op schoolbeleid of regels, C= Kritiek op en beledigen van de persoon, D= Aanvallen en bedreigen) en daar het team concrete voorbeelden bij te laten aangeven. Ook vragen we de directie door op het beleid in het omgaan met agressie. Tijdens de training wordt het alle teamleden duidelijk hoe ze effectief en afdoende kunnen reageren op agressief gedrag.
  • Teambrede afspraken maken over hoe om te gaan met agressie en de verwerking van agressie. Gezamenlijk wordt het protocol in het omgaan met D gedrag bepaald en tevens ook de afspraken over de verwerking van agressief gedrag. Dit met behulp van theorie rondom het omgaan en verwerken van agressief gedrag.
  • Voorkomen van agressie door het niet te laten escaleren. Van belang is dat deelnemers de niveaus kunnen herkennen, weten hoe ze daarop moeten reageren en dit tijdens de training ook daadwerkelijk doen en eigen maken.
  • Trainen van de communicatieve vaardigheden met bij de ouderdoelgroep passende trainingsacteurs. We besteden minimaal drie dagdelen aan het werken met trainingsacteurs. Zij laten de deelnemers ervaren waar de grenzen liggen, geven concreet feedback op hoe ze het doen en geven de deelnemers succeservaringen. Zij worden door ons gebrieft over het protocol en afspraken die het schoolteam heeft gemaakt.
  • Laten ervaren wat agressie fysiek met een ieder doet. Iedereen heeft een fysieke tricker op agressief gedrag. De deelnemers leren door fysieke oefeningen hun eigen tricker herkennen en gebruiken.

 

Wat levert deze aanpak op?

Het effect van onze aanpak is dat het vertrouwen van de teamleden in zichzelf en elkaar groeit, waardoor er zelfbewuster en de-escalerend opgetreden kan worden. De eigen grenzen zijn bekend en worden gehandhaafd. De impact die agressief gedrag kan hebben, vermindert.