Het eerste niveau: M1, ik-gericht
Een M1-groep is een opeenhoping, een aantal individuen bij elkaar. Los zand. Men opereert schijnbaar los van elkaar. De afhankelijkheid van de leidinggevende is groot. Zo’n groep denkt meestal in problemen, die moeten worden opgelost. Het appèl aan de manager is: ‘Los mijn problemen op!’
Het tweede niveau: M2, ik versus jij.
In een M2-groep sluiten bondjes op individueel niveau anderen uit de groep uit. De M2-groep heeft nog geen collectief ‘hart’. Ik ten opzichte van jij. Deze groep stemt in subgroepjes af. Ze delen dezelfde normen en waarden over het werk en hoe daarmee om te gaan.
Het derde niveau: M3, wij versus zij.
Het verschil tussen een groep en een team is de mate van intimiteit en de verantwoordelijkheid voor elkaar en voor het gezamenlijke doel. In een groep is dit op basis van een voorkeur voor subgroepjes. In deze fase vormt de buitenwacht, buiten het team als geheel, de vijand. Wij ten opzichte van zij.
Het vierde niveau: M4, wij en zij.
Deze teams kom je tegen bij kleine zelfstandige ondernemingen die netwerken. In grotere organisaties zijn deze teams geen vanzelfsprekendheid. Ook niet bij directieteams en managementteams, wat je wel hoopt. Het vraagt een relationeel denken en handelen van ieder lid en belang hebben bij partijoverstijgend werken. Ze zijn in staat out of the box te denken.